Voetbaloefenstof.com
© kenny koning, voetbaloefenstof.com 2014
Techniektraining
Algemene uitleg
Wat is techniektraining en hoe pas je het toe!
Techniektraining is in de loop der jaren een hot item geworden binnen het geven van training.
Uiteraard is er vanuit het verleden de Wiel Coerver methode ontstaan en hebben mannen als
Rene Meulensteen, Ricardo Moniz, Pepijn Lijnders er een nieuwe dimensie aan gegeven.
Techniektraining is in mijn ogen baas zijn over de bal in iedere situatie. Dit kan op verschillende
manieren, een tegenstander frontaal passeren (bijvoorbeeld Cristiano Ronaldo), het zijwaarts
passeren (de bal vrij maken voor een pass, Andrea Pirlo) of de perfecte traptechniek (David
Beckham). Allemaal verschillende spelers maar die door hun functionele techniek baas zijn over
de situatie.
De techniektraining begint bij de F-pupillen waarbij de bal voor veel spelertjes de grootste
weerstand is, andere weerstanden hoeven dus ook niet te worden toegevoegd. Bij de E-pupillen
moet de basis worden gelegd, passeerbewegingen worden aangeleerd en zullen onder steeds
grotere weerstand moeten worden uitgevoerd. Waar in het begin alleen de uitvoering goed moet,
is aan het einde van de E-pupillen het functionele erg belangrijk. Om in die leeftijdscategorie
spelers te stimuleren om acties te maken (domineren van de 1v1) zullen ze er erg bedreven in
worden. Je kan bijvoorbeeld tijdens de wedstrijden bijhouden wie welke beweging maakt en dit
bijhouden in een soort competitie via de website van het team. In eerste instantie wordt dan
alleen de beweging beoordeelt, in een later stadium wordt alleen een punt gegeven als de
beweging goed wordt uitgevoerd en er ook een goed vervolg komt. Zo leren ze spelenderwijs ook
oog te krijgen voor de mensen om zich heen.
Vanaf de D-pupillen zullen spelers zich gaan specialiseren, zo zullen er verdedigers,
middenvelders en aanvallers ontstaan, een ieder met zijn eigen specifieke kwaliteiten (iedere
speler specialiseert zichzelf). Gaande weg zullen spelers bepaalde eigenschappen houden en
ontwikkelen, waarbij ze in staat moeten zijn om iedere situatie op te kunnen lossen.
De algemene lijn die je kan volgen is bij de F-en E-pupillen gaat het om het IK, dus de speler zelf
als individu. Het winnen als team is niet belangrijk, de speler moet zelf winnen, dit kan door
bijvoorbeeld in een wedstrijd een aangeleerde beweging goed uit te voeren. Bij de D-pupillen en
C-junioren gaat het om het IK in het team. Wat voor gevolgen heeft mijn handelen voor het
team. Bij de B- en A-junioren gaat het om het WIJ, dus wat doen WIJ als team en moeten spelers
leren om te winnen en wat daarvoor nodig is.
De oefenvormen voor de techniektraining zijn onderverdeeld in het aanleren van de
basistechieken (oefenvormen zonder weerstand van een verdediger), oefenvormen met daarbij
een passieve tegenstander (tegenstander verdedigt gelimiteerd en helpt de speler aan de bal te
herkennen wanneer hij de beweging in moet zetten). Vervolgens vormen vol in de 1v1, waarbij je
de tegenstander van verschillende kanten kan laten komen.